Volgens onderzoek van de Europese Commissie1 zal de waarde van de data-economie de komende jaren toenemen tot 4% van het GDP (739 miljard euro). Deze waarde wordt grotendeels gerealiseerd doordat personen, instellingen en bedrijven data met elkaar uitwisselen op basis waarvan weer nieuwe producten en diensten kunnen worden ontwikkeld. En daarmee is het verder gestructureerd, op schaal en veilig kunnen delen van data (met name voor het MKB die zelf vaak niet over voldoende data beschikt) een volgende belangrijke ontwikkeling om het fundament van deze dataeconomie te verstevigen.
Er komen echter ook steeds meer negatieve aspecten boven rondom het delen van data, zoals toegankelijkheid en commerciële platforms die soms data monopoliseren en daarmee bij data-uitwisseling waarde in verschillende ketens naar zich toetrekken. In een recent onderzoek van het IMF2 wordt aangetoond dat een toename van economische marktmacht binnen de digitale economie gaande is en dat dit komt door de nieuwe “winner take most” bedrijven. Alhoewel niet expliciet genoemd gaat het hier uiteraard om de digitale kampioenen van het afgelopen decennium. Er wordt in dit onderzoek vervolgens aangetoond dat deze op data gebaseerde monopolyposities in ontwikkelde economieën leiden tot lagere economische groei (1% GDP gemiddeld), lagere lonen en verlaagde innovatiekracht van een economie.
Om de dataeconomie voor de BV Nederland te kunnen exploiteren maar ook toekomstige ‘winner takes most’ situaties te vermijden, moet het gebruikelijk worden dat datadeling onder controle en voorwaarden komt van de rechthebbende(n). Hiermee kan een groter deel van de waarde die voortvloeit uit het delen van deze data weer terugvloeien in de waardeketen en het MKB. Vele toekomstige toepassingen zijn nu uiteraard nog onbekend maar reeds bekende voorbeelden spreken al tot de verbeelding. Denk bijvoorbeeld aan taxichauffeurs die zelf zouden kunnen kiezen via welke app en tegen welke voorwaarden zij hun locatie en beschikbaarheid voor een taxirit delen (en klanten die zelf kiezen via welke app zij om een rit vragen maar wel alle taxichauffeurs daar kunnen vinden).
Of bedrijven die hun bedrijfsdata onder eigen voorwaarden en tegen betaling geautomatiseerd kunnen delen met onderzoeksbureaus. Het realiseren hiervan vraagt om initiatieven waarbij afspraken hierover binnen en tussen sectoren vrijwillig gemaakt kunnen worden onder controle van deze zelfde rechthebbende (een afsprakenstelsel). In de kabinetsvisie op datadelen3 heeft de Nederlandse overheid zich gecommitteerd aan het nastreven van dit doel.Vanuit deze achtergrond startte het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat een onderzoek naar cross-sectoraal datadelen in het MKB. Hieruit4 blijkt onder andere dat vanuit veel verschillende sectoren en domeinen al datadeelinitiatieven volgens het concept van een afsprakenstelsel zijn gestart. Er is echter nog veel behoefte aan kennis en versnelde adoptie van deze initiatieven. Daarnaast is geen afstemming tussen deze datadeelinitiatieven om toekomstige interoperabiliteit voor het delen van data over deze initiatieven heen te waarborgen.